Posts

Au

Het ontkalken van de waterkoker is absoluut een stuk prettiger dan 14mm kalk uit een supraspinatuspees laten oplossen. De arts, die mij afgelopen dinsdag voor het eerst ontmoette, (mijn eigen arts is net met pensioen gegaan) liet drie kwartier op zich wachten voordat ze mij uit de wachtkamer kwam halen. Misselijk van de pijn in mijn rechterarm, liep ik met mijn jack onder mijn linkerarm en daaroverheen mn regenjas wat slepend over de vloer, de behandelkamer in. Normaal gesproken zou ik mijn jassen over mijn rechterarm gehangen hebben, maar dat ging nu niet. Sinds de nacht ervoor liet mijn rechterarm het afweten. Wat een geluk dat ik linkshandig ben. Voordat ik bij haar in de behandelkamer was, had ik de echo en de foto’s al gezien waarop duidelijk werd dat ik een soort fossiel begon te worden. Het was een zegen dat ik direct langs mocht komen bij haar. Kort onderzocht ze mijn arm die bij elke millimeter beweging ‘Au’ veroorzaakte. Eenmaal zittend aan haar tafel had ik uitzicht op ee

De familie Mees troost

Mijn moeder was haar hele leven dol op dieren. Eigenlijk had ze dierenarts willen worden, dat vertelde ze mij een paar jaar geleden pas. Ze vond het jammer dat dat er nooit van was gekomen. Wel waren er in ons ouderlijk huis altijd dieren aanwezig. Zoogdieren, reptielen, vogels, knaagdieren. Je kon het zo gek niet bedenken of wij hadden het al eens in huis gehad. Ze hield ook altijd veel van Meesjes en maakte ons erop attent als ze ergens een Koolmees zag in ons bijzijn.   Ongeveer een week voor haar overlijden, vroeg ik aan mijn moeder: ‘Als jij er niet meer bent, geef je dan zo nu en dan nog even een teken van leven? Is er dan een vogeltje dat jouw aanwezigheid vertegenwoordigd of een vlindertje?   ‘Ja’ zei ze, ‘een Ooievaar’. Nadat ik mijn thee eerst bijna over de tafel uitproestte van het lachen, protesteerde ik. Een Ooievaar? Dan zou ik haar dus bijna nooit meer zien! Waarop zij mij gelukkig liet weten dat het een Meesje zou zijn. Vanuit het raam van mijn huis, zie ik al vijfender

Dodenherdenking 2021

Het liep anders dan de bedoeling was. We zaten op tijd aan de juiste tafel met mondkapjes en keurig op afstand van de anderen. Er waren zo'n twintig mensen in de grote zaal van het huis van de wijk, onder het verpleeghuis waar mijn moeder op een kleinschalige afdeling woont. Aan de herdenkingsceremonie zou nog een eigen bedacht programma vooraf gaan. Omdat nog niet iedereen er was hadden ze het programma rondom de herdenking op TV live aangezet via het grote projectie scherm. Roxane van Iperen vertelde over haar boek, ''t hoge nest’.  Toen iedereen er was werd de live TV via het scherm op pauze gezet. De geestelijk verzorgster begon een gedicht voor te dragen. Als tweede mocht mijn moeder haar ervaring delen. Ik bracht haar in de rolstoel naar voren zodat ze haar verhaal over de bombardementen, die zij als  vijf jarig meisje meemaakte, versterkt kon voordragen. Nadat het eigen programma doorlopen was, werd, wat inmiddels een livestream was, weer terug op 'play' geze

Vaccineer iedereen die werkt in verpleeghuizen

In de verpleeghuizen wordt binnenkort gestart met covid 19 vaccinaties om daar in de toekomst besmettingen met Corona te vermijden. Heel verstandig want de nabije geschiedenis leert ons hoe snel Corona in de verpleeghuizen om zich heen slaat en iedereen die ik ken wil dat dat stopt. Het is alleen jammer dat de overheid denkt dat het inenten, op korte termijn, alleen nodig zou zijn voor betaalde vaste zorgmedewerkers en kwetsbare bewoners. Waarom alleen betaalde zorgmedewerkers? Mantelzorgers en vrijwilligers die dagelijks of wekelijks persoonlijke zorgtaken of dagbestedingen in verpleeghuizen doen, zijn toch minstens even belangrijk? Als mantelzorger ben ik bv. dagelijks bezig met de persoonlijke verzorging van mijn moeder omdat ze anders heel snel afglijdt. Dat betekent dat ik haar dagelijks een of twee keer naar het toilet breng, ik was haar, ik breng haar een aantal keren per week naar bed, zet een paar keer per week haar zetpil, was haar kleding, verschoon regelmatig haar bed en me

Toekomst en pandemie in verpleeghuizen

Wij als mantelzorgers mogen nu, na dertien weken onze dierbaren nog steeds niet vrijuit zien en verzorgen. Voor bewoners van verpleeghuizen en hun naasten zoals mantelzorgers, is de geest van deze tijd verwarrend, diep triest en om van uit je vel te springen. Dubbele gedachten en gevoelens wisselen elkaar af. Daar betrap ik mezelf op en ik lees en hoor anderen erover.  Deze tijd vraagt voortdurend om aanpassingen en tegelijkertijd zijn er allerlei vragen. Het is verschrikkelijk pijnlijk om onze naasten op deze manier te verliezen of om te zien hoe partners, ouders, zussen, broers, tantes en ooms achteruit gaan terwijl wij niets mogen doen.  Pandemische maatregelen van de overheid en verpleeghuizen, richtten ons en onze dierbaren zowel fysiek als psychisch op deze manier hartverscheurende schade aan. In maart en april stierven er in de verpleeghuizen twee keer zoveel mensen als voorheen. Tijdens het ziek- en/of sterfbed mochten er geen naasten aanwezig zijn. Mensen ouder dan zeventig w

Vooraf reserveren

In week tweeëntwintig, na tien weken, kon ik als 1e contactpersoon een tijdstip reserveren om mijn moeder een uurtje te zien. Al vier jaar verzorgde ik haar, normaal..., noodgedwongen twintig uur per week. Voor de afspraak mochten wij kiezen waar we de ontmoeting wilden laten plaatsvinden. Samen naar buiten in een rustig deel van de buurt met de nodige bescherming, afstand en mondkapjes, had onze voorkeur. In haar eigen kamer wilde ik haar niet ontmoeten, ik mocht dan niets aanraken en dat idee frustreerde mij. Aan de slechte hygiëne in de kamers van de bewoners is vast niet veel veranderd. Eens per week zijn er schoonmakers voor het in sneltrein tempo schoonmaken van toiletten, wastafels en vloeren in de kamers van de bewoners. Dat is al jaren zo. Zouden de schoonmakers nu dan ook wekelijks de deurknoppen schoonmaken? Stof afnemen is nooit tijd voor. De vuilnisbak in de badkamer wordt verschoond terwijl iedere keer de pedaalemmer in de kamer overvol met vuil achter bleef, net als de

Schitterende toekomst

In week twintig las ik de blog van Marjolijn Bruurs van Mantelzorgelijk waarin zij mantelzorgers opriep om met goed nieuwsberichten te komen. In de grote diversiteit aan zaken rondom mantelzorgers, is een grote diversiteit aan goed nieuwsberichten te bedenken. Persoonlijk vroeg ik mij onmiddellijk af: ‘Wat kan ik in de geest van deze tijd, in het kader van goed nieuws over verpleeghuizen met Corona schrijven?’ Bij mijn grijze massa kwam het volgende naar boven: ‘Het zand moet eerst de oester irriteren en dan pas verschijnt de parel.’ Voor mij ligt het goede nieuws nu namelijk grotendeels in die wijsheid verscholen. Mijn moeder van vijfentachtig zit, net als vele anderen, vanwege Corona en bij wijze van bescherming, inmiddels negen weken opgesloten, in een kleinschalige woonafdeling voor mensen met niet aangeboren hersenbeschadigingen. Bij mijn moeder die nog behoorlijk scherp van geest is, is de wereld nu vele malen kleiner geworden, door de, zoals zij dat zelf noemt: ‘gezondheidsoorlo